top of page

Rondje van Vlaanderen: Mooier én zwaarder dan de Ronde

De Vlaamse Ardennen zijn geen onontgonnen terrein voor fietsers. Op heel wat cyclosportieve tochten kunnen wielertoeristen zich spiegelen aan de profs. Zo goed als elke Vlaamse koers van betekenis slingert zich over de Taaienberg, de Paterberg en de Oude Kwaremont.

Bemachtig nu Rondje van Vlaanderen of lees verder onder de foto.

Om toch nog origineel uit de hoek te komen, trok de parcoursbouwer op pad met een ingewikkelde formule. Met wiskundige precisie streefde hij naar zo weinig mogelijk lelijke steenwegen, zo weinig mogelijk kasseistroken en zoveel mogelijk hoogtemeters op autoluwe baantjes. Het resultaat is een opeenvolging van magistrale wegen die constant bergaf of bergop lopen.

Voor alle duidelijkheid: dit parcours is niet familievriendelijk. Je beklimt alle kleppers die je uit de koers kent, maar ook minder gekende parels als de Fiertelmeers, de Frunte en de Fortuinberg. Veel dichter bij Rondje Vesdervallei zal je in Vlaanderen dus niet komen.

Wie liever iets meer kasseistroken of minder hoogtemeters heeft, kan beter met Rondje Omloop beginnen. Rondje van Vlaanderen is er dan weer voor de klimgeiten die graag alle bekende hellingen aandoen, maar met veel plezier ook nog wat onbekende puistjes meepikken die nooit een koers zullen zien. Start!



Het concept


Om op 77 of 125 kilometer aan respectievelijk 1400 of 2300 hoogtemeters te geraken, zit een vlakke aanloop er niet in. Eén kilometer na de start in Oudenaarde loop het asfalt een eerste keer omhoog. Twee kilometer verder sta je al op de top van de Wolvenberg.

Wie de streek wat kent, weet dat boven normaal kasseien volgen. Zowel links, rechts als rechtdoor blinken de stenen. Daarom kiest de parcoursbouwer na het steilste stuk voor een minder gekende optie zonder gedokker. Na amper vier kilometer is het concept van dit Rondje dus al duidelijk. Lange kasseistroken hoef je niet te verwachten, maar op vlakke tussenstukken hoef je ook niet te rekenen. Nog voor je beseft dat je op de top van een klim bent, daal je weer af naar de volgende heuvel.



Koers is religie


De meeste klimmetjes die je in het eerste deel aandoet, sierden ooit het wedstrijdblad van Vlaanderens Mooiste. Toch zal voor velen de Molenberg pas het eerste herkenningspunt zijn. Een kort klimmetje met kaduke kasseien. Vintage Vlaamse Ardennen.

Ook na de Molenberg blijft het hoogteprofiel een aaneenschakeling van piekjes die pikken. In één lange ketting van rustige boerenbaantjes lopen de hoogtemeters snel op. Die haal je op minder gekende hellingen zoals de Buikberg, de Frunte en het Foreest. Ook de afdalingen mogen er trouwens zijn.

Vergeet aan de voet van de Frunte niet even te stoppen in de ronde van Vlaanderen kapel. Vaak wordt gezegd dat koers religie is, maar hier wordt religie ook koers.

Het traject loopt nu over smalle betonbaantjes waar je kilometers ver kan kijken. Wie heeft er ooit al van de Kouterberg gehoord? De kasseien van de Stationsberg zitten normaal als afdaling in de Ronde, maar net zoals in de E3-prijs zijn ze hier als klim opgenomen.

Binnen de kortste keren sta je aan de voet van de Taaienberg. Duizend beelden flitsen door je hoofd. De Wolfpack die de koers in handen neemt. Van Aert die het gat op Van der Poel en Alaphilippe dichtrijdt. Boonen die z’n goede benen etaleert. En nu dus jij. De kasseien of het gootje?

De startgids vermeldt de Taaienberg als vijftiende beklimming van de dag. Toch was dit alleen maar voorspel. De kwellingen die nog moeten komen zijn langer, nijdiger en nukkiger.



Zomaar een paar voorbeeldjes


Neem bijvoorbeeld de Berg ten Houte. Het asfalt is recent opgebroken en heeft terug plaats gemaakt voor kasseien. Een paar magistrale bochten. Twintig procent omhoog!

Of de Fortuinberg. Een smal baantje leidt je diep het Muziekbos in. Evenwijdig met de meer gekende Kanarieberg, maar wel eens zo steil en dubbel zo mooi.

Of de Scherpenberg. De N-weg over de Hotond zit in bijna elke koers. Maar wie weet dat er ook een smal, steil klauterpartijtje naar diezelfde top loopt? Zonder twijfel is dit één van de vijf lastigste klimmen van de Vlaamse Ardennen.

Wie hier nog oog heeft voor de bloemetjes in het bos, zit erg goed. Of zoekt gewoon een goed excuus om even te stoppen om een foto te nemen...



De apotheose


Je had het misschien al in de mot: de echte scherprechters uit de Ronde worden helemaal tot het einde opgespaard. Na een korte passage door Wallonië en het Kluisbos sta je aan de voet van de Oude Kwaremont. Niet zo steil, maar wel erg lang op slechte kasseien.


Dan volgt de Paterberg. Volgens de legende is deze weg pas in 1986 aangelegd door een landbouwer die wou dat de koers langs zijn erf passeerde. Nog maar eens twintig procent omhoog. Benieuwd naar je grimas op de top.

Kun je nog een grijns tonen? Laten we dan de Koppenberg maar bovenhalen. Hoe vaak je hier ook al bent geweest : telkens lijkt deze muur op een onoverwinnelijk monster. Moet ik daar echt omhoog? Toch wel! Geraak je boven zonder voetje aan de grond?

Dan enkel nog de Kortekeer en de Ladeuze. Twee asfaltklimmetjes die iets minder pijn zullen doen.




De slotsom


Na je Blijde Intrede in Oudenaarde meng je je onder de andere wielertoeristen. De kans dat zij een route hebben afgelegd met een even hoog percentage mooie baantjes is klein. De kans dat zij vandaag dertig klimmen en 2300 hoogtemeters op hun conto hebben is zo goed als onbestaande.


In die twee punten schuilt de kracht van dit Rondje van Vlaanderen. Op een relatief korte afstand vink je praktisch alle bekende beklimmingen van de Vlaamse Ardennen af. Je trekt ook nog eens een heel blik onbekende parels open. En dat dus allemaal op de allermooiste krinkelkronkelwegen van de streek.


Ga jij deze uitdaging aan? Schrijf jij je naam met gouden letters in de eregalerij der Flandriens?


De rit zelf rijden? Bemachtig nu Rondje van Vlaanderen.


Tekst: Nick Schuermans

Foto’s: Pieter Stockmans en Nick Schuermans

Meer foto's (van een verkenningsrit met heel wat andere wegen) op de Strava van Pieter







bottom of page